- Details
Dit artikel is een vervolg op het artikel “In the beginning” dat ik in 2007 schreef naar aanleiding van de vraag van Jos: “Hoe ben je met (zee)kajakken in aanraking gekomen?”.
Ik schreef onderin dat artikel heel globaal over het vervolg tot en met het zeekajakken. Het heeft even geduurd, maar nu pas ben ik aan het vervolg begonnen over de afzonderlijk discipline waar ik doorheen ben gegaan.
In deze serie artikelen ga ik stap voor stap langs alle disciplines.
Wedstrijdvaren
Na een paar jaar in het kanocentrum te hebben gevaren werd ik in 1972 lid van de Windhappers in Leidschendam.
Daar voer ik eerst alleen op de Vliet in een oude houten R1S van de club. Daar was ik snel mee klaar en kocht van de club een “afgeragde” polyester K1 (Toen al ca. 20 jaar oud). Ik had wel affiniteit tot wedstrijden want alles wat ik deed moest snel voor mij: fietsen, rennen en dus ook kanoën.
Ik heb veel werk aan het opknappen van de K1 gehad:
- Details
Eigenlijk hadden we andere plannen want het getij was gunstig om een zeekajaktocht naar Simonszand te maken. Dat zou dit jaar interessant kunnen zijn omdat de vaargeulen langs het eiland ingrijpend veranderd waren.
Echter de omstandigheden waren niet gunstig voor deze tocht qua wind en omdat er ook nog onweer dreigde.
Daarom besloten we een tocht te varen van Medemblik naar De Kreupel en weer terug. We twijfelden wel even door een tegenstrijdigheid in de voorspellingen van het KNMI. Zij gaven namelijk code geel voor onweer af in een aantal gebieden in Nederland: en dus niet voor het IJsselmeer. In het marifoonbericht hielden ze echter een slag om de arm met “kans op onweer”.
Alles afwegende besloten we naar de Kreupel te gaan. We gingen uit van de code geel die niet voor het IJsselmeer gold, maar ook omdat het weer er goed uitzag en het eventuele onweer pas in de avond kon komen.
We waren met z’n vieren: Jos, Wieger, Tiny en ik.
We hadden een heerlijk tocht met een wind van 5 bft die ons in korte tijd naar de Kreupel bracht.
Daar hadden we alle tijd voor een uitgebreide lunch.
foto: Jos
Voor ons gemak zetten we een tarp op om ons te beschermen tegen de wind die ons toch wel deed afkoelen.
- Details
foto: Kasper
Het is inmiddels een traditie om een week in juni een trektocht met zeekajaks te maken. Dit jaar is het de elfde keer. De bemanning varieert maar weinig, soms door omstandigheden. We, dat zijn dit jaar: Henk, Jos, Theo, Kasper en ik.
Dit keer is de keuze voor de derde keer gevallen op Noorwegen (23 juni - 5 juli). We begonnen op een strandje vlakbij Fevik dat ons was aanbevolen door de voorzitter van de kanovereniging in Arendal voor de parkeermogelijkheid aldaar. Omdat we daar niet mogen kamperen omdat het een drukbezochte zwemplek is, voeren we eerst naar Gjessøya waar we een kampeerplek weten. En inderdaad: er waren heel veel zwemmers op het strand en voor onze auto’s was nog maar weinig plek.
Eerst nog even water halen op Merdø en toen begon het mooie leven weer.
- Details
De Kielstrip.
Als je elke jaar wel een paar keer in de buurt van rotsige kust met de kajak vaart dan loop je best wel regelmatig wat krassen op de kajak op. Vooral de kiel is daar gevoelig voor.
Om te voorkomen dat je daar lekjes krijgt heb ik een kielstrip aangebracht. Tegenwoordig heb je daarvoor zelfklevende strips voor die je kunt aanbrengen. Best handig. Het enige nadeel is dat als je naar het warme zuiden gaat dat de kielstrip in de warme zon op het autodak kan verschuiven door contact met de kajakbeugels op het dak omdat de kleeflaag van de strip flexibel wordt bij hoge temperatuur.
Daar heb ik geen last van omdat die zelfklevende strips nog niet bestonden toen mijn kielstrip werd aangebracht in 1968. Het is dus een zwarte strip van Gelcoat (is van polyester) die met de kwast is aangebracht. Waarom zwart? Omdat zwart duidelijk afsteekt tegen de witte bodem van de kajak zodat je goed kunt zien wanneer je weer moet bijwerken omdat je dan de witte bodem hier en daar door de kielstrip kunt zien.
- Details
Toen ik me vorige week me afvroeg waar het artikel over de "Bowroll rescue" op mijn weblog ook al weer precies over ging, zag ik dat de website, die de schrijver Johm Martin in 2007 had gemaakt over deze interessante techniek, niet meer actief was.
Op internet kon ik alleen nog een matig scherpe YouTube-film hierover vinden.
Aangezien ik het artikel dat hij had geschreven voor het tijdschrift "Sea Kayakker" (dat helaas een aantal jaren niet meer bestaat) nog wel in mijn archief zit, heb ik artikel gescand en als bijlage bij dit artikel gevoegd.
[ ← Klik op de afbeelding links om het artikel te lezen]
Op mijn weblog kan je nog 3 eerdere artikelen over deze techniek vinden:
- Details
In het boekje “De reddingboot 213”van de KNRM vond ik een artikel over het Slijktgat bij de Kwade Hoek. Dit artikel is weliswaar geschreven voor jachtjes en viskotters, maar eigenlijk is het voor zeekajakkers nog veel belangrijker.
Als je een zeekajaktocht van Stellendam naar Springersdiep zou willen maken of een rondje Hinderplaat zou willen varen, kijk dan uit als het windkracht 5 of meer is: dat is het Slijkgat een geul waar je beter niet in de buurt kan komen.
Het artikel:
Veilig aanlopen van het Slijkgat
Het Slijkgat is een ondiep gat. Als wind en zeegang toenemen, wordt de geul al snel gevaarlijk vaarwater door brekers en grondzeeën. Plaatsvervangend schipper Arnold Keijzer legt uit hoe je veilig binnenkomt.
- Details
Op 19 februari werd er via de websites van de KNRM en de reddingsbrigade melding gemaakt van zeekajakkers die in problemen waren op de Hinderplaat. Ze hebben een persoon die licht onderkoeld was opgehaald en op de wal onderzocht en weer opgewarmd.
De Reddingsbrigade meldde dat de begeleidende instructeur van de kajakkers goed voorbereid was met alle benodigdheden voor dergelijke situaties en dat tijdige beroep om hulp bij de reddingsdienst tot een goede afloop heeft geleid.
- Details
Het laatste artikel in mijn weblog stamt van september vorig jaar.
Dat wil niet zeggen dat ik niets deed in die tijd.
Integendeel, want er gebeurde een heleboel. Het varen was inderdaad wat minder, maar ik moet toegeven dat ik wel met kanoën bezig was.
- Details
Zittend in de golven door Jos Dekker
Zittend in de golven
Denk ik aan niets
Restanten gedachten spoelen uit
Een kajak is soms net een fiets
Nog steeds rechtop de rand
Volle leegheid in mijn hoofd
Moe gestreden kies ik de surf
En land weer op het harde zand
Vaste grond onder mijn neopreen
O, ik mis nu de branding al
Met haar mantra van beweging
Waardeer ik deze zee als geen
- Details
Alhoewel wel het laatste zeekajak avontuur alweer een tijdje geleden is heb ik tot nog niet geen zee meer vanuit een zeekajak heb gezien. Druk met film maken en met het oplossen van problemen met de website van Kanovereniging Uitgeest.
Kanoën deed ik natuurlijk wel en dit verslag heeft voor mij wel binding met de zee. Op 24 september hield de KVU haar jaarlijkse BBQ voorafgegaan met een tocht. Omdat ik geen zin had een kajak op de auto te laden besloot ik vanaf huis naar de vereniging te varen. Ik koos daarvoor mijn antieke Nordkapp HM en mijn wingpeddel. Een snelle combinatie om de 10 km naar de club te overbruggen.
Er stond een wind uit het NO van 4-5bft. In deze zeekajak maakte ik me daar geen zorgen over, ook niet voor de oversteek van het Alkmaardermeer.
Het viel me het eerste deel van die tocht wel op dat ik wat moeite had met het koers houden. Mijn Noordkapp loeft altijd al wel wat op, maar nu koste me het veel tamelijk moeite om de kajak met boogslagen goed op koers te houden. In eerste instantie dacht ik even dat ik moe was of dat ik met mijn ex-geblesseerde schouder minder kracht had voor boogslagen.
Een uitleg over de kajak is nu op zijn plaats: de Nordkapp HM heeft een tamelijk grote integrale scheg. Bij veel wind zorgt die scheg er voor dat de kajak afvalt. Omdat afvallen veel lastiger en vervelender is dan oploeven, heb ik een hoek van de scheg afgezaagd waardoor de kajak niet meer afvalt maar wel wat meer oploeft. Het leven is een compromis en in dat licht bezien loef ik liever op dan last te hebben van afvallen.
Op het Alkmaardermeer gekomen stonden er lekkere golven die het hele meer de ruimte hadden gehad zich op te bouwen. Met de wind van opzij en ook schuin achter moest ik nu tocht wel erg hard werken om op koers te blijven. Sterker nog: ik voelde me een beginner die soms de koers moest herstellen door aan de benedenwindse kan van de kajak te remmen om op koers te blijven. Dat bracht me er toe eens over de schouder naar mijn boogslagen te kijken.