Er zijn verschillende redenen waarom je (doordeweeks) zou willen gaan varen. Je zou aan je conditie willen werken. Of je hebt niets anders te doen. Of je wilt de werksfeer even ontlopen en neemt een dag vrij. Of je wilt jezelf eens verwennen. Waarschijnlijk kan je deze opsomming nog aanzienlijk uitbreiden.
Toen Jos mij belde met de mededeling dat hij vrijdag vrij had genomen en of ik in was voor een tochtje, zal het een combinatie van verschillende van de genoemde factoren zijn geweest. Ik ben altijd wel in voor een tochtje en die vrijdag waren er geen andere plannen, dus we waren het snel eens.
Aangezien het getij ongunstig was voor een waddentocht en de weersvoorspellingen wat te onbestendig voor de Razende Bol, kozen we het IJsselmeer als decor voor ons tochtje.
Alhoewel we om 9 uur afspraken op de loods, koste het ons toch een halve dag om te water te geraken. Eerst moesten we bij mij thuis nog de waterkaart ophalen die ik was vergeten. Vervolgens reden we een toeristische route langs Jisp en Neck. Daar deden we lang over want onderweg zagen we allerlei gevogelte dat onze aandacht trok. Het leukste was dat we een aantal Kemphanen mochten begluren.
Jos wist goed de weg in de omgeving van Purmerend en loodste ons helemaal binnendoor naar Uitdam waar we op het terrein van de camping konden starten na betaling van parkeergeld op het terrein. Alhoewel ze daar de kustlijn aan het verbouwen waren deerde dat ons niet want de zon scheen volop en het leek wel zomer. OP een strandje stond een picknickbank; zie daar een mooie gelegenheid om mijn eerste ooit eigengebakken gebakken appeltaart te consumeren.
We genoten volop van de zomerse sfeer en aangezien de klok doortikte werd het op deze manier 13.00h voordat we te water gingen.
Ons doel was de overkant: het gemaal Blocq van Kuffeler een afstand van ca. 12 km. Ik had veel kouder weer verwacht en me daarom en in droogpak gehuld. Dat leidde ergens halverwege tot een dreigende oververhitting. Een hoge steun bracht wat verkoeling.
Al varend lonkt in de verte het Paard van Marken aan onze linkerkant. Alhoewel we alleen heen en weer naar het "Blocq" wilden, is dat toch ook een idee dachten we.
Een kwartiertje na mijn oververhitting begon ik ineens koude handen te krijgen. Tjonge, wat gaat zo'n weersomslag snel: de wind trekt ineens aan, de zon verschuilt zich en de temperatuur zakt als een baksteun. Leuke bijkomstigheid was dat we vlak voro de landing nog wat surfjes aan lagerwal konden maken. Wel jammer dat van die kou, want toen we aan de overkant aankwamen moesten we echt een beschut plekje zoeken om onze boterhammetjes te nuttigen.
Na de pauze vond ik een paar peddelmoffen wel lekker voor mijn handen en ook Jos verruilt zijn anorak met korte mouwen voor een langmouwig exemplaar.
Het idee voor Marken als de volgende leeft nog, dus ondanks het gevorderde uur gaan we die kant op . De wind hebben we lekker tegen en we "hobbelen", zeker bij vertrek aan lager wal, flink over de korte, hoge golfslag. Toch is het goed te doen; de wind is niet hoger dan 5 bft.
Als we in Marken aankomen voor een pauze hebben onze benen ongelofelijke zin om even gestrekt te worden. Daar staan we dan te kleumen achter een schuurtje. Als ik mijn winter-thermo-shirt uit mijn luik peuter en me uit mijn pak strip om toe te voegen aan het nu te dunne shirt inspireer ik Jos om zijn nu klamme shirt ook voor een droog exemplaar te vervangen. Dat maakt wel even verschil zo'n lekker warm shirt: nu heb je ineens het gevoel:"mij kan niets gebeuren" en "laat nu de pleuris maar uitbreken" !!
Het laatste stukje, terug naar Uitdam, is evengoed nog een best stuk varen. Maar we hebben nu de wind van opzij en dat gaat toch even sneller. Als we ons vertrekstrandje weer bereiken is het al wel tegen zeven uur. Logisch met zo'n late start deze dag. MAAR; we hebben ons geweldig vermaakt tijdens deze 25 kilometers en voelen ons helemaal voldaan na deze inspanning.