Het verklaren van afvallen van een kajak is een lastiger vraagstuk. Hier vonden we uiteindelijk de verklaring in dat er twee oorzaken zijn. Dit artikel is weer een gecomprimeerd blok kennis uit onze periode van het testen van zeekajaks


Waarom is afvallen een vervelende eigenschap van een zeekajak?

Dat komt doordat je de ophaalbare scheg niet kunt gebruiken om dit te corrigeren, maar het moet oplossen met peddeltechniek. Daarbij moet je ook nog eens met de wind mee opkanten (de kajak aan de kant van de wind omhoog) en ook boogslagen aan de benedenwindse kant maken. Daarmee breng je jezelf in een minder stabiele situatie en loop je kans dat je omslaat. Door de kans op omslaan ga je automatisch minder opkanten. Dus lukt het je waarschijnlijk niet de koers varen die je wilt, tenzij je heel hard gaat werken door dit te compenseren met heel krachtige boogslagen aan 1 kant. Iets wat je niet zo erg lang kunt volhouden.

Daarom vind ik afvallen één van de slechtste eigenschappen die een kajak kan hebben in slecht weer.

Ik ken 2 vormen van afvallen:

  1. Eén die veroorzaakt wordt door het ontwerp van het onderwaterschip. Bijvoorbeeld een kajakontwerp met (te) grote integrale scheg. Dit euvel zal evenwel vrijwel nooit voorkomen en is ook eenvoudig te verhelpen door de scheg iets kleiner te maken. (noot: waardoor de kajak wel meer gaat oploeven)
    Het effect van die integrale scheg kan je vergelijken met het varen in sterke zijwind met de variabele scheg geheel naar beneden: De kajak gaat dan, als de scheg niet te klein is, afvallen.
  2. De tweede oorzaak voor afvallen is een indirect gevolg van een kajak-ontwerp met een hoge koersvastheid , een integrale scheg of een lange waterlijn aan de achterzijde, een volumineuze boeg of een combinatie van deze aspecten. Eigenlijk moet je dit niet afvallen noemen omdat de oorzaak totaal verschillend is met de gangbare opvattingen over afvallen. Maar omdat mij geen andere naam hiervoor bekend is, wordt dit effect hier beschreven.

Ingaand op de tweede oorzaak:
In sommige weersomstandigheden kan je door een kajak-ontwerp met één of meerdere van bovengenoemde kenmerken deze vorm van afvallen krijgen. De kajak is dan niet of moeilijk op een koers te houden.
De omstandigheden waarbij dit optreedt zijn: harde wind en de (korte) golven (vanaf ca. 40cm hoog) die je schuin tegen hebt.

Elke kajak zal dan afvallen. Dat komt omdat de boeg, op het moment dat je over een golftop vaart, door de wind opzij wordt geblazen. Als het daarbij een kajak betreft met bijv. een integrale scheg dan graaft die scheg zich nog dieper in het water in, terwijl de boeg omhoog gaat. De scheg gaat dan als een draaipunt gaat werken waardoor je nog meer afvalt.
Het ligt aan de kajak of je in het dal na die golf de kajak weer op koers kan krijgen voor je de volgende golftop beklimt. Met een zeer koersvaste kajak lukt dat niet of minder goed. Met een wendbare kajak is het dan makkelijker koers te houden.

Als het je niet lukt de goede koers te houden omdat de kajak afvalt, kan je in een positie komen met van achter inkomende golven die je onverwachts kunnen doen uitbreken. Het kan ook zijn dat qua koers dwars op de golven blijft hangen. Beide omstandigheden kunnen makkelijk tot omslaan leiden.

Je kunt behalve met peddeltechniek nog een paar dingen doen om met afvallen om te gaan:

  • Je kunt een andere koers te kiezen. Ik kan me voorstellen dat dit niet altijd kan. Als het niet lukt de gewenste koers aan te houden kan je er ook voor kiezen tijdelijk de koers aan te houden die je wel kunt varen en als je op een rustiger plekje komt dan de kajak op de goede koers te leggen.
  • Of je moet sneller gaan varen. Zoals uitgelegd bij oploeven gaat de kajak meer oploeven als sneller je vaart. Dus kan je met sneller varen de mate van afvallen reduceren of compenseren. Stel je hiervan niet teveel van voor in slecht weer.
  • Je kunt de belading veranderen: bijvoorbeeld door meer gewicht in het voorste compartiment te bergen. Let op: als je op je tocht ook nog een koers krijgt met de wind mee dan zal de kajak erg makkelijk uitbreken met zo'n belading en moeilijker op koers te houden zijn.

Een kajak die last heeft van afvallen (bijv als gevolg van vaste scheg of verlengde waterlijn) wordt NIET aanbevolen voor beginners op zee of groot water. Peddelaars met beetje ervaring wordt afgeraden met zo'n kajak te varen bij een windsterkte van 5bft. of meer.

OPM: Een kajak die bij matige wind heel neutraal vaart zonder gebruik van de ophaalbare scheg zou bij meer wind wel eens kunnen afvallen.

OPM: Hoe minder wind, hoe minder je iets van afvallen merkt en vaak zal je onbewust al met je peddelslagen bijsturen.

OPM: Hoe lichter de vaarder (of vaarder + boot en bagage gewicht), hoe meer kans op deze vorm van afvallen.

OPM: . Met een kajak die sterk oploeft kan je ook gebruik maken van het afvallen: Als je bij een koerswijziging, waarbij je meer met de wind mee wilt gaan varen, problemen hebt omdat de kajak dwars op de golven wil blijven varen, kan je de scheg geheel laten zakken. De kajak gaat dan afvallen en komt op de gewenste voor-de-windse koers. Daarna de scheg weer geheel of gedeeltelijk ophalen.